Als een maat een vergoeding ontvangt voor managementwerkzaamheden is de maatschap geen btw verschuldigd over die vergoeding als sprake is van medisch management. Die werkzaamheden vallen namelijk ook onder medische diensten en zijn dus vrijgesteld van btw.
Een maatschap van gynaecologen, werkzaam in een ziekenhuis, kon het niet eens worden met de fiscus over de vraag of zij btw moest betalen over de vergoeding die een van de maten had ontvangen. De betreffende maat had deelgenomen aan de coördinatie en afstemming tussen de geledingen in het ziekenhuis (medisch management). De maatschap ontving hiervoor van het ziekenhuis een bedrag uit het variabele deel van het honorarium, dat met de zorgverzekeraars was overeengekomen. Volgens de inspecteur had de maatschap een met btw belaste dienst verricht aan het ziekenhuis en dus moest zij btw betalen over de vergoeding. De rechtbank kwam tot het oordeel dat zowel het vaste als het variabele deel van het honorarium bedoeld was als beloning voor de door de medisch specialisten verrichte diensten op het vlak van de gezondheidskundige verzorging van de patiënten. Die diensten waren daarom vrijgesteld van omzetbelasting. In dit specifiek geval werd van het honorarium een gedeelte afgesplitst, dat door het collectief van medisch specialisten over de individuele specialisten werd verdeeld met inachtneming van bijzondere werkzaamheden die door een aantal specialisten waren verricht. Maar volgens de rechtbank leidde deze verdeling van het honorarium er niet toe dat bij verdeling van het variabele deel sprake was van vergoedingen voor andere diensten dan die waarvoor het honorarium door de zorgverzekeraars was betaald. Voor zover bij de verdeling van het variabele deel rekening werd gehouden met medisch management, was geen sprake van een dienst aan het ziekenhuis. De verdeling van het variabele deel was een zaak van het collectief van medische specialisten.
Wet: artikel11 lid, eerste lid, onderdeel g, Wet omzetbelasting 1968
Meer informatie: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 17 juli 2014 (gepubliceerd op 15 september 2014), ECLI:NL:RBZWB:2014:6231
Geef een reactie