Hebt u in een bezwaarschrift tegen een belastingaanslag mede verzocht om een vermindering van aanmaningskosten? Dan moet de ontvanger van de belastingen uw bezwaarschrift ook opvatten als een bezwaarschrift tegen de aanmaningskosten, aldus Hof Arnhem-Leeuwarden.
De ontvanger mag alleen aanmaningskosten in rekening brengen aan belastingschuldigen die te laat betalen. Als een belastingschuldige bezwaar aantekent tegen de aanmaningskosten voordat de betalingstermijn in de aanmaning is verstreken en stelt niet in gebreke te zijn met betrekking tot de in de aanmaning genoemde belastingaanslag(en), moet de ontvanger wachten met invorderen. Op grond van het zorgvuldigheidsbeginsel moet hij eerst een beschikking nemen met betrekking tot het bezwaarschrift. En zelfs als hij het bezwaarschrift afwijst, moet hij de belastingschuldige opnieuw een redelijke termijn bieden om alsnog te betalen. Deze nieuwe termijn moet minimaal twee weken omvatten. Bovendien oordeelt het hof dat de ontvanger het begrip bezwaarschrift ruim moet opvatten. De belastingschuldige hoeft dus geen apart bezwaarschrift in te dienen tegen de aanmaningskosten. Het volstaat als hij in het bezwaarschrift tegen de belastingaanslag mede om een vermindering van de aanmaningskosten verzoekt.
Wet: art. 1 Kostenwet invordering rijksbelastingen en art. 11 IW 1990
Meer informatie: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 31 juli 2018 (gepubliceerd 10 augustus 2018), ECLI:NL:GHARL:2018:6876
Geef een reactie