Als een stichting de status van algemeen nut beogende instelling (anbi) wil verkrijgen, moet zowel uit de statuten als uit de feitelijke activiteiten blijken dat zij voor minstens 90% het algemeen nut beoogt. Daarbij moet het ook nog gaan om actuele activiteiten in het algemeen belang.
In een recente zaak voor Hof Den Haag had een stichting als primair doel het verbeteren van het levensniveau en dan vooral in ontwikkelingslanden. De stichting wilde dit doel bereiken door het bieden van materiële en financiële hulp aan kleinschalige milieuvriendelijke energieprojecten. Dit statutaire doel diende inderdaad het algemeen nut. De stichting ontplooide echter nauwelijks activiteiten. De stichting stelde dat zij in het verleden had geparticipeerd in een botentraject en onlangs een geldbedrag had gestort voor deelname aan een energieproject. Dit was echter onvoldoende om de anbi-status te verkrijgen. Bovendien had de voorzitter van de stichting een doorslaggevende invloed op het stemmingsproces in de stichting. Daardoor kon hij over het stichtingsvermogen beschikken alsof het van hem zelf was. Ook dit stond de anbi-status in de weg.
Wet: artikel 5b, eerste lid, onderdeel a, sub 1° AWR
Regeling: artikel 1a, eerste lid, onderdeel c Uitv.reg. AWR
Meer informatie: Hof Den Haag, 26 maart 2014 (gepubliceerd 26 juni 2014), ECLI:NL:GHDHA:2014:1010
Geef een reactie