Een voordeel dat een werknemer behaalt dankzij zijn dienstbetrekking, maar zonder medeweten van zijn werkgever, is geen belast loon. Het kan wel een resultaat uit overige werkzaamheden (ROW) zijn. Deze situatie kan zich voordoen bij belangenverstrengeling, zoals in een zaak voor Hof Arnhem-Leeuwarden.
Een man werkte als zelfstandig bevoegd statutair directeur in een concern. Daarnaast bezat hij 50% van de aandelen in een bv met een dochtermaatschappij. De man liet de bv die hij binnen het concern bestuurde, meewerken aan twee vastgoedprojecten. Dit gebeurde zonder toestemming van de Raad van Commissarissen van de bv. De (voordelen van de) projecten werden ingebracht in de bv waarin de directeur zelf een belang had. Volgens de inspecteur had de man het voordeel moeten opgeven als loon uit dienstbetrekking of resultaat uit overige werkzaamheden. Het hof wees erop dat hier geen sprake kon zijn van loon, omdat de werkgever, het concern, niet wist dat de directeur zich deze voordelen had toegeëigend. Pas later was het concern daarachter gekomen en ontsloeg het de directeur. Het hof constateerde dat de directeur met de projecten had deelgenomen aan het economische verkeer. Ook was sprake van een subjectief en objectief winstoogmerk. Het hof oordeelde dat het voordeel dat de man had genoten door de projecten in zijn bv te brengen, was belast als resultaat uit overige werkzaamheden. Het hof oordeelde ook dat de man als leek niet hoefde te weten dat de inbreng leidde tot zo’n resultaat en vernietigde daarom de opgelegde vergrijpboete.
Wet: artikelen 3.81 en 3.90 Wet IB 2001 en artikel 10, eerste lid LB 1964
Meer informatie: Hof Arnhem-Leeuwarden, 27 januari 2015 (gepubliceerd 30 april 2015), ECLI:NL:GHARL:2015:3073
Geef een reactie