Het is onder voorwaarden mogelijk om voor het in 2020 coronagerelateerde verlies, al in 2019 een fiscale reserve te vormen. Op 6 mei heeft de staatssecretaris hierover een beleidsbesluit genomen en zijn de voorwaarden bekendgemaakt. De Belastingdienst licht de voorwaarden nu toe.
Voor het vormen van een coronareserve in 2019 gelden – in het kort – 5 voorwaarden:
- Er is sprake van een verwacht coronagerelateerd verlies in het boekjaar 2020.
- Het verwachte coronagerelateerde verlies kan niet groter zijn dan het totale verlies dat de belastingplichtige verwacht over het boekjaar 2020.
- De dotatie aan de coronareserve in het boekjaar 2019 bedraagt maximaal de winst over het boekjaar 2019 die zou gelden zonder de vorming van deze reserve.
- De coronareserve wordt uiterlijk in het boekjaar 2020 volledig in de winst opgenomen.
- De dotatie aan de coronareserve wordt in de aangifte vennootschapsbelasting 2019 opgenomen in de rubriek overige fiscale reserves.
Gevolgen vorming van coronareserve
Het vormen van een fiscale reserve is een keuze van de ondernemer en zijn adviseur. In het besluit staat nadrukkelijk dat het vormen van de coronareserve gevolgen kan hebben voor de toepassing van andere regelingen in de vennootschapsbelasting.
Nieuwe aangifte
De reserve wordt voor het eerst gevormd in de aangifte over het jaar 2019. Heeft de ondernemer al aangifte gedaan en wil hij gebruikmaken van de mogelijkheid deze reserve te vormen, dan moet hij een nieuwe aangifte indienen. Het is mogelijk om, vooruitlopend op de in te dienen aangifte, al rekening te houden met de reserve door een verzoek in te dienen om de voorlopige aanslag vennootschapsbelasting 2019 te verminderen. Dit moet altijd via de normale procedure: met de VA-opgaaf.
Toepassing coronareserve en andere regelingen
De vorming van de coronareserve kan gevolgen hebben voor andere regelingen. Het is van belang daarmee rekening te houden bij de dotatie aan deze reserve. 2 van die regelingen licht de Belastingdienst nader toe
Verliesverdamping
De coronareserve vermindert de winst over 2019. Daarmee vermindert ook de mogelijkheid om nog onverrekende verliezen uit oudere jaren in aanmerking te nemen in 2019. Verliezen uit oudere jaren zijn maar een beperkt aantal jaren vooruit te wentelen. Het is daardoor mogelijk dat toevoeging aan de coronareserve leidt tot het niet langer kunnen verrekenen van een dergelijk oud verlies. Er is dan sprake van verliesverdamping. Kies daarom het bedrag dat om aan de coronareserve toe te voegen zodanig dat verliesverdamping wordt voorkomen.
Stichtingen en verenigingen: vrijstelling
Voor stichtingen en verenigingen is de coronareserve alleen van belang als zij belastingplichtig zijn voor de vennootschapsbelasting. Voor stichtingen en verenigingen geldt een wettelijke vrijstelling als de winst niet meer bedraagt dan € 15.000 of € 75.000 over het jaar en de 4 voorafgaande jaren (artikel 6, lid 1 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969). Als het vormen van de reserve over 2019 ertoe leidt dat de winst lager is dan deze bedragen, geldt automatisch de vrijstelling. Dat leidt tot eindafrekening in het daaraan voorafgaande boekjaar.
Eindafrekening voorkomen
Er zijn 2 mogelijkheden om eindafrekening te voorkomen.
Het bedrag dat aan de coronareserve wordt toegevoegd zodanig te kiezen dat de vrijstelling niet intreedt.
Tegelijk met de toevoeging aan de coronareserve een verzoek aan de inspecteur te sturen de vrijstelling niet toe te passen (artikel 6, lid 3 van de Wet op devennootschapsbelasting 1969). De stichting of vereniging blijft dan voor een periode van 5 jaren belastingplichtig, ook bij lage winsten of bij verliezen. Dit verzoek is mogelijk totdat de inspecteur de aanslag over 2019 vaststelt.
Let op!
Als over 2019 geen verzoek is gedaan om de vrijstelling achterwege te laten,is een dergelijk verzoek over 2020 – ondanks de vrijval van de corona-reserve – nodig om eindafrekening over 2019 te voorkomen.
Bron: Forum Fiscaal Dienstverleners, 13 mei 2020
Sdu Covid-19 event: Inzicht en uitzicht
De coronacrisis heeft ingrijpende gevolgen voor bedrijven en overheidsorganisaties. Hoe gaan we op de korte én de lange termijn om met nieuwe noodmaatregelen en wetgeving? En wat betekent deze nieuwe situatie voor de toekomst van úw organisatie? Tijdens een inspirerend online programma biedt Sdu op donderdag 11 juni van 10.00 tot 13.30 praktische handvatten. Topbestuurders en praktijkexperts gaan in op onderwerpen als de NOW, noodmaatregelingen, veiligheidsmaatregelen, effectief samenwerken, communicatie en bevoegdheden. Zorg dat u er ook bij bent!
Geef een reactie