Wie na de Brexit geen btw bij de douane wil betalen over goederen aangekocht in het VK, heeft vanaf 1 januari 2021 een vergunning artikel 23 OB nodig. Dat is het onderwerp van een brief die de Belastingdienst in september verstuurde aan ondernemers die in aanmerking komen voor een vergunning en deze nog niet hebben aangevraagd.
Met een vergunning hoeft de ondernemer dan geen btw te betalen bij de Douane, maar geeft de te betalen btw over zijn invoer in 1 keer aan in zijn normale btw-aangifte. Zonder een vergunning artikel 23 moet de ondernemer iedere keer dat hij goederen invoert, aangifte doen en btw betalen bij de Douane.
Vanaf 31 januari 2020 geldt een overgangsperiode, nadat het VK op 31 januari de EU heeft verlaten. Deze overgangsperiode eindigt op 31 december 2020. Een ondernemer kan de vergunning voor de invoer van goederen uit het VK gebruiken na het einde van de overgangsperiode, dus vanaf 1 januari 2021.
Vraag de vergunning aan met het aanvraagformulier dat bij de brief is gevoegd. Stuur het ingevulde formulier vóór 15 oktober 2020 in de retourenveloppe naar de Belastingdienst.
Let op!
Geef de ingevoerde goederen uit het VK nu nog als verwerving aan in de btw-aangifte bij rubriek 4b. Als het VK géén EU-land meer is, kan dat niet meer. Als de ondernemer een vergunning artikel 23 heeft, vermeld dan de invoer in de btw-aangifte bij rubriek 4a.
Noord-Ierland
Voor Noord-Ierland geldt in het uittredingsakkoord een aparte regeling. Deze heeft tot gevolg dat de ondernemer voor invoer van goederen uit Noord-Ierland géén vergunning artikel 23 nodig heeft, omdat dit dan na 1 januari 2021 nog als intracommunautair handelsverkeer wordt beschouwd. Gezien de ontwikkelingen in het VK met betrekking tot de positie van Noord-Ierland kan niet uitgesloten worden dat hier wijzigingen in optreden. Dat kan mogelijk ook gevolgen hebben voor de kwalificatie van de invoer van goederen vanuit Noord-Ierland als intracommunautaire verwerving.
Bron: Forum Fiscaal Dienstverleners, 24 september 2020
Geef een reactie