Staatssecretaris Wiebes reageert in zijn antwoorden op Kamervragen op de oproep van de directievoorzitter van Vitens om de waterbelasting af te schaffen. Hierbij beschrijft hij het belang van belasting op water, hoe deze tot stand is gekomen en hoe het kostenplaatje er uitziet.
Het kabinet streeft naar schoon drinkwater voor nu en later. Zoals aangegeven in de beleidsnota is de drinkwaterkwaliteit in Nederland hoog, maar staat de kwaliteit van de drinkwaterbronnen onder druk. Daarnaast vraagt een mogelijke stijging van de drinkwatervraag in de toekomst ook aandacht voor een voortgaande inzet op het zuinig omgaan met (drink)water. Een belasting op water kan hieraan bijdragen doordat deze kostprijsverhogend werkt. Zoals elke andere belasting is ook deze belasting primair gericht op het verwerven van algemene middelen ter bekostiging van de overheidsuitgaven.
Geschiedenis
Bij het Belastingplan 1999 was geregeld dat de levering van water van het verlaagde btw-tarief naar het algemene btw-tarief werd overgebracht. Deze maatregel had twee doeleinden, namelijk een schuif van inkomsten- en loonbelasting naar milieubelastingen en het, naast de al eerder ingevoerde grondwaterbelasting, extra stimuleren van een zuinig gebruik van water. Nadat bij amendement was ingevoegd dat de eerste 50 m³ per jaar onder het verlaagde btw-tarief zouden blijven vallen, was deze regeling niet meer richtlijnconform (BTW-Richtlijn 2006). Het strookt namelijk niet met het neutraliteitsbeginsel om twee verschillende btw-tarieven te hanteren voor hetzelfde product. Als alternatief is in 2000 de belasting op leidingwater ingevoerd.
Kostenplaatje
De prijs van water verschilt aanzienlijk per regio. In Nederland zijn tien drinkwaterbedrijven actief waarbij het tarief sterk varieert. Ook dit vastrecht verschilt per drinkwaterbedrijf en soms zelfs per gemeente, in verband met de doorberekening van gemeentelijke precariobelasting voor bijvoorbeeld waterleidingen in gemeentegrond. Deze precariobelasting kan als onderdeel van de kostprijs van het water worden doorberekend aan de afnemers. Tot slot heft de overheid nog belasting op leidingwater en 6% btw over de vergoeding voor het geleverde water. Bij de belasting op leidingwater is de belastingdruk per m³ mede afhankelijk van de in totaal per jaar afgenomen hoeveelheid leidingwater, zowel in de huidige opzet met heffingsplafond als bij het vanaf 1 juli 2014 voorziene degressieve tarief.
Onderlinge verschillen lidstaten
Een vergelijking op Europees niveau van waterprijzen en belastingen en heffingen voor water zal naar verwachting nog grotere onderlinge verschillen te zien geven, gezien ook de grote verschillen tussen lidstaten in de situatie rond de nationale en regionale watervoorziening. Het is niet waarschijnlijk dat daaruit een lijn kan worden gedestilleerd die richtinggevend zou kunnen zijn voor het Nederlandse beleid op dit terrein.
Knelpunten
De belasting op leidingwater ingevolge de Begrotingsafspraken 2014 is verhoogd en de grondslag is verbreed bij het Belastingplan 2014. Samen met de sector worden mogelijke knelpunten in de leidingwaterbelasting onderzocht. Momenteel wordt daaraan de laatste hand gelegd.
Meer informatie: Beantwoording Kamervragen over oproep Vitens om waterbelasting af te schaffen
Geef een reactie