Werkgevers in de horeca, schoonmaak, detailhandel en zorg voorzien dit jaar een loonkostenstijging van 1 tot 2,5 procent. De grootste boosdoener is de Wet Uniformering Loonbegrip (WUL), zo schrijft het FD. De wet die verschillende loonbegrippen samenvoegt moet voor een administratieve lastenverlichting zorgen, maar lijkt vooralsnog vooral een financiële lastenverzwaring te veroorzaken.
Vooral de afschaffing van de zogeheten franchise voor het Algemene Werkloosheidsfonds (AWf) doet de werkgevers pijn. Volgens deze regeling hoefden werkgevers geen ww-premie te betalen over de eerste € 17.229 aan loon. Daarboven bedroeg de premie 4,55%. Om volgens de gedachte van de WUL tot één loonbegrip te komen, werd deze vrijstelling geruimd. In de horeca- en schoonmaakbranche werken veel laaggeschoolde parttimers die hiervoor onder de franchise-grens bleven en zo vrijgesteld waren. Nu de premievrije voet verdwijnt, moeten werkgevers ook voor deze groep 1,7% premie afdragen. Ook bedrijven die werknemers in dienst hebben met meer dan één baan ondervinden de negatieve werking van de WUL. Het bedrag dat zij teveel aan premies werknemers- en zorgverzekering afdragen, wordt niet langer gecompenseerd. En er is nog een derde lastenverzwaring in gang gezet. Bedrijven die werknemers met hogere lonen in dienst hebben krijgen te maken met een verhoging van de inkomensafhankelijke zorgpremie (van 7,1% naar 7,75%).
Meer informatie: Extra lasten voor bedrijven door simpeler loonheffing
Geef een reactie