Bij de Tweede Kamer is het wetsvoorstel Wet arbeidsmarkt in balans (WAB) ingediend. Het wetsvoorstel bevat de belangrijkste wijzigingen uit het regeerakkoord met betrekking tot het arbeidsrecht en de sociale zekerheid.
De WAB bevat een een pakket maatregelen op het gebied van het arbeidsrecht (o.a. ontslagrecht, transitievergoeding, ketenregeling, payrolling) en sociale zekerheid (o.a. differentiatie premieheffing naar contractduur). Het pakket maatregelen moet het verschil tussen flex en vast op de arbeidsmarkt verkleinen. Het wetsvoorstel bevat in het kort de volgende maatregelen:
- Invoering van een cumulatiegrond bij ontslag. Nu moet de werkgever aan een van de acht ontslaggronden volledig voldoen. Deze nieuwe negende grond geeft de rechter de mogelijkheid omstandigheden te combineren. De werknemer kan maximaal een halve transitievergoeding extra krijgen (bovenop de transitievergoeding), wanneer de cumulatiegrond gebruikt wordt voor het ontslag.
- Werknemers krijgen vanaf de eerste dag recht op een transitievergoeding (ontslagvergoeding), ook tijdens de proeftijd. Nu geldt dit pas vanaf een dienstverband vanaf twee jaar.
- De opbouw van de transitievergoeding wordt verlaagd bij lange dienstverbanden. Dit wordt voor iedereen een derde maandsalaris per gewerkt jaar.
- De WW-premie wordt voor werkgevers voordeliger als ze een werknemer een vaste baan aanbieden in plaats van een tijdelijk contract. Nu is de hoogte van de WW-premie afhankelijk van de sector waar een bedrijf actief in is.
- Er komt een regeling voor kleine werkgevers om de transitievergoeding te compenseren als ze hun bedrijf moeten beëindigen wegens pensionering of ziekte.
- Verlenging van de proeftijd voor werkenden die meteen een vaste contract krijgen, van twee maanden naar vijf maanden.
- De ketenbepaling wordt verruimd. Nu is het mogelijk om aansluitend drie tijdelijke contracten in twee jaar te aan te gaan. Dit wordt drie jaar.
- Het wordt mogelijk om de pauze tussen een keten tijdelijke contracten per cao te verkorten van zes naar drie maanden als er sprake is van terugkerend tijdelijk werk dat maximaal negen maanden per jaar kan worden gedaan.
- Er komt een uitzondering op de ketenregeling voor invalkrachten in het primair onderwijs die invallen wegens ziekte.
- Werknemers die op payrollbasis werken, krijgen minimaal dezelfde arbeidsvoorwaarden als de werknemers die in dienst zijn bij de opdrachtgever. Ook krijgen ze recht op een adequaat pensioen. De definitie van de uitzendovereenkomst wordt niet gewijzigd.
- Er worden maatregelen genomen om verplichte permanente beschikbaarheid van oproepkrachten te voorkomen. Zo moet een werknemer minstens vier dagen van tevoren worden opgeroepen door de werkgever. Ook houden oproepkrachten recht op loon als het werk minder dan vier dagen van tevoren wordt afgezegd. De termijn van vier dagen kan bij cao worden verkort tot één dag.
Commissie regulering van werk
Met dit wetsvoorstel is de hervorming van de arbeidsmarkt nog niet af. Eerder dit jaar werd al een commissie aangekondigd die zich mag buigen over de toekomst van het arbeidsrecht, de sociale zekerheid en de fiscaliteit. Voor dit doel is een commissie ingesteld. De commissie wordt gevraagd uiterlijk 1 november 2019 te rapporteren over haar advies.
Meer informatie: Wetsvoorstel Wet Arbeidsmarkt in balans, 7 november 2018
Geef een reactie