Zelfs als een bezitting pas na de box 3-peildatum van een bepaald jaar rendement kan opleveren, kan de volle waarde toch in dat jaar in box 3 vallen. Dit valt te concluderen uit de uitspraak van de Hoge Raad over een oudejaarslot.
Op dit lot was de hoofdprijs van € 20 miljoen gevallen. De trekking had plaatsgevonden op 31 december 2004, enkele minuten voor de jaarwisseling. De gelukkige eigenaar van het lot ontving het prijzengeld op 4 januari 2005 op zijn bankrekening. Volgens de inspecteur had het lot op de peildatum van 31 december 2004 een waarde van € 20 miljoen. Deze waarde behoorde dus tot de rendementsgrondslag van box 3. De loterijwinnaar was het daarmee niet eens, omdat hij de prijs in 2004 niet rendabel had kunnen maken. De Hoge Raad verwierp dit argument, omdat het forfaitaire systeem uitgaat van een gemiddeld rendement over een groot aantal jaren. De Hoge Raad stelde de fiscus in het gelijk. Overigens kent box 3 sinds 2010 nog maar één peildatum: 1 januari.
Wet: artikel 5.2 en artikel 5.3, tweede lid, onderdeel f Wet IB
Meer informatie: Hoge Raad, 28 oktober 2011, LJN: BR0664
Geef een reactie