Hof Den Bosch heeft geoordeeld dat de gemeente een WOZ-beschikking moet verbeteren als de aanduiding onjuist is.
In deze zaak had de heffingsambtenaar een WOZ-beschikking opgesteld waarin hij een onroerende zaak had aangeduid met de omschrijving ‘bos’. De eigenaar van de onroerende zaak meende dat de omschrijving ‘woonerf’ juist was. De gemeente was het eens met de eigenaar, maar paste de WOZ-beschikking niet aan. Het hof oordeelde dat de gemeente daardoor in strijd handelde met de voorschriften die gelden ten aanzien van een WOZ-beschikking. Deze beschikking moet een correcte aanduiding van de onroerende zaak bevatten. In dit geval was de aanduiding niet juist. Bovendien stonden nog twee andere objecten op de WOZ-beschikking die evenmin duidelijk waren te herleiden. Het hof besloot de WOZ-beschikking zelf te verbeteren. Een verbetering lag meer voor de hand dan een vernietiging, omdat een WOZ-beschikking niet nietig wordt als de voorschriften niet zijn nageleefd.
Wet: artikel 23 Wet WOZ
Meer informatie: Bron: Hof Den Bosch, 6 oktober 2011 (gepubliceerd 13 januari 2012), LJN: BV0861
Geef een reactie