De door een geregistreerde octrooigemachtigde gemaakte reis- en verblijfkosten in verband met een gevolgde cursus in het buitenland over intellectuele eigendom waren aftrekbaar. De cursus strekte tot het op peil houden van al verworven vakkennis en niet tot het verkrijgen van een nieuwe bevoegdheid, hetgeen de inspecteur stelde.
Belanghebbende verrichte beroepsmatig werkzaamheden met betrekking tot procesvoering inzake intellectuele eigendomszaken. De inkomsten daaruit had hij in zijn aangifte IB/PVV 2011 vermeld als resultaat uit overige werkzaamheden.
Bij het vaststellen van de aanslag weigerde de inspecteur onder andere de aftrek van studiekosten en andere scholingsuitgaven in verband met een cursus ‘Patent litigation in Europe’ aan een universiteit in het buitenland. Het ging om een bedrag van € 3.002.
Hof Amsterdam oordeelde dat de cursus was aan te merken als een cursus strekkende tot het op peil houden van al verworven vakkennis. De cursus voorzag in een aanvulling van belanghebbendes kennis, welke geboden was om te voorkomen dat de bestaande werkzaamheid aan economische betekenis inboet. Dit was af te leiden uit de omschrijving van de thema’s en doelen van het cursusprogramma en de daarop gegeven toelichting ter zitting. De cursus strekte niet ertoe nieuwe vakkennis te verwerven om zodoende de vakbekwaamheid uit te breiden, waardoor in feite een nieuw product wordt aangeboden. Dat het volgen van deze cursus in de toekomst mogelijk een voorwaarde zal zijn voor het zelfstandig optreden als octrooigemachtigde voor het nog op te richten Unified Patent Court is hoogst speculatief. Dit leidt niet dan ook tot de conclusie dat er sprake is van een nieuwe bevoegdheid. De reis- en verblijfkosten in verband met de cursus hadden een zakelijk karakter, zodat recht bestond op aftrek ter zake van deze kosten tot een bedrag van € 1.500.
Meer informatie: Gerechtshof Amsterdam, 13 juni 2017 (gepubliceerd op 11 oktober 2017), ECLI:NL:GHAMS:2017:4118
Geef een reactie