Als tegenover een factuur geen tegenprestatie staat, kan de vennootschap deze uitgave niet ten laste van de winst brengen. Het is aan de vennootschap om de tegenprestatie aannemelijk te maken. Dat hierbij een administratie goed van pas kan komen, werd pijnlijk duidelijk bij Hof Den Haag.
Een bv die zich bezighield met tunnelbouw ontving van een kostenmaatschap een factuur van € 80.000, vermeerderd met € 15.200 btw. De factuur vermeldde niet welke werkzaamheden waren verricht en wanneer. Verder was er geen offerte, opdracht of overeenkomst opgesteld en de prestatie bleek ook nergens anders uit, zoals urenstaten. De bv stelde dat sprake was van een mondelinge overeenkomst en omschreef de werkzaamheden, maar kon deze niet aannemelijk maken. Hof Den Haag kwam uiteindelijk tot de conclusie dat er geen sprake was van een tegenprestatie en dat de bv dit vanaf het begin wist. In dat geval kon de bv de uitgave van € 80.000 alleen in aftrek brengen als zij aannemelijk maakte dat de uitgave ten behoeve van de onderneming was gedaan. Dit lukt niet. Daarbij kwam dat uit de gegevens was af te leiden dat de bv zich ook hiervan bewust was geweest. De uitgaven kwamen dus niet in mindering op de winst. En aangezien tegenover de factuur geen tegenprestatie stond, kwam ook de daarop vermelde btw niet voor aftrek in aanmerking. Het hof handhaafde ten slotte ook nog eens de boete van 50% die de inspecteur had opgelegd.
Wet: artikel 8 Wet Vpb, artikel 15 Wet OB
Meer informatie: Gerechtshof Den Haag, 21 juni 2013 (gepubliceerd op 28 augustus 2013), ECLI:NL:GHDHA:2013:2438
Geef een reactie