Mr. Birgitta A.A. van Antwerpen RB behandelt in een Tax Talks e-learning de voorwaarden voor het vormen en afboeken van een herinvesteringsreserve.
Als een ondernemer een bedrijfsmiddel vervreemdt en daarbij een boekwinst behaalt, kan hij deze boekwinst onder voorwaarden toevoegen aan een herinvesteringsreserve (HIR). Een belangrijke voorwaarde is dat de ondernemer een herinvesteringsvoornemen heeft. Als hij niet binnen drie jaren na het jaar van vervreemding een herinvestering heeft gedaan, valt de HIR in principe belast vrij. Van Antwerpen merkt op dat sommige wettelijke bepalingen expliciet stellen dat bepaalde activa geen bedrijfsmiddelen zijn voor de toepassing van de HIR. Zij noemt bijvoorbeeld aandelen die een deelneming vormen.
Verkoop van bedrijfsmiddel tegen te lage prijs
Een van de bijzondere situaties die Van Antwerpen beschrijft is de verkoop van een bedrijfsmiddel tegen een onzakelijke prijs. Bijvoorbeeld een bv die een bedrijfsmiddel tegen een te lage prijs verkoopt aan haar aandeelhouder. Voor het berekenen van de fiscale winst vindt dan een fiscale correctie plaats van de prijs naar de waarde in het economische verkeer. De vraag is vervolgens of het verschil tussen de gecorrigeerde prijs en de betaalde prijs ook is toe te voegen aan de HIR. De Hoge Raad heeft geoordeeld dat dit het geval is. Zie NTFR 2016/2454 en ‘Gecorrigeerde winst toevoegen aan HIR mag’. De gedachte hierachter is dat de (bruto) opbrengst de grondslag vormt voor de fiscale winstbepaling. Volgens Van Antwerpen valt tegen te werpen dat de onzakelijk lage prijs de bv benadeelt. Dit brengt de continuïteit van de onderneming in gevaar, wat niet de bedoeling is van de HIR.
Boekwaarde-eis
Ook behandelt Van Antwerpen onder meer de boekwaarde-eis. Deze eis houdt in dat de gezamenlijke boekwaarden van de bedrijfsmiddelen, waarin de ondernemer herinvesteert, niet lager mag zijn dan de boekwaarden bedrijfsmiddelen waarvoor de HIR is gevormd. De boekwaarde-eis lijkt op het eerste gezicht vrij eenvoudig. Maar, zo waarschuwt Van Antwerpen, in de praktijk zorgt de boekwaarde-eis toch voor complexe berekeningen. Dit komt vooral doordat de volgorde waarin herinvesteringsreserves zijn gevormd en vervolgens afgeboekt invloed hebben. De complexiteit neemt alleen maar meer toe naarmate het aantal investeringen en desinvesteringen stijgt. Een nog niet gebruikt deel van een herinvesteringsreserve moet men overigens niet verwarren met een te lage herinvestering. Is door de toepassing van de boekwaarde-eis een HIR niet volledig af te boeken? Maar bestaat nog steeds een herinvesteringsvoornemen? Dan mag het restant gereserveerd blijven.
Wet: art. 3.25 en 3.54 Wet IB 2001 en art. 8, eerste en dertiende lid Wet Vpb 1969
Méér weten?
Tax Talks is hét online learning platform voor fiscalisten. Wekelijks (30x per jaar) wordt een webinar of e-learning beschikbaar gesteld die u via het online platform kunt bekijken. Na het afronden van de bijbehorende kennistoets ontvangt u een certificaat en PE-punten. Bent u nog geen abonnee? > Neem dan nu een kennismakingsabonnement voor slechts € 95.
Geef een reactie