De Belastingdienst mag een civielrechtelijke overeenkomst tot verkoop van een exploitatierecht negeren als deze overeenkomst de feitelijke situatie niet verandert. In dat geval levert de verkoop van het exploitatierecht geen belastbare winst op die een verliesverdamping kan voorkomen.
In een zaak voor Rechtbank Noord-Holland dreef een man civielrechtelijk gezien een tankstation met winkel en wasstraat via zijn eenmanszaak. Feitelijk verhuurde hij de exploitatierechten van dit tankstation voor een periode van tien jaar aan een B.V. Eind 2011 richtte de echtgenote van de man een B.V. op, waarvan zij en de man bestuurder waren. De man en de B.V. stelden vervolgens een verkoopovereenkomst op voor 1/3 van de eigendom van het exploitatierecht. De man wilde de verkoopsom van € 475.000 verrekenen met zijn compensabele verliezen van € 409.822. Zo dacht hij te voorkomen dat zijn oudste verlies à € 383.615 zou verdampen.
Fiscus negeert verkoopresultaat
Maar de Belastingdienst houdt geen rekening met de verkoop van het exploitatierecht aan de gelieerde B.V. Wanneer de man in beroep gaat, stelt de inspecteur dat de verkoop geen reële waarde heeft. De man blijft de huur voor de exploitatierechten innen om deze daarna door te betalen aan de andere B.V. De gelieerde B.V. heeft geen zelfstandig afdwingbaar recht tegenover de huurder verkregen. Bovendien is de koper de koopsom schuldig gebleven. De koper is zelfs niet eens in staat om de koopprijs te voldoen. Deze argumenten overtuigen de rechtbank. Een groot deel van het verlies van de ondernemer komt daardoor te verdampen.
Geef een reactie